
HARRY KAL is niet meer.
Hij werd de laatste jaren al nauwelijks meer gesignaleerd op nationale en internationale mahjongtoernooien. Zelfs voor zijn riichiclubje Furiten kwam hij nog maar heel weinig in actie; zijn meest recente optreden dateert van drie jaar geleden, 27 januari 2022. Maar ook het jaar daarvoor kwam hij al nauwelijks in actie. Een van de laatste keren dat hij bij ons thuis speelde, had hij een zuurstoftank bij zich om aan te sluiten op zijn neusbril. Harry had een longaandoening, waardoor ademhalen voor hem heel moeilijk was. Hij kon nog zo weinig spelen dat hij in arren moede maar bedankte als lid van de Nederlandse Mahjong Bond.
Harry was gek op mahjong. (Hij sprak dat altijd uit als mahjong, met de klemtoon op de eerste lettergreep.) Het moet voor hem een lijdensweg zijn geweest zo weinig te kunnen spelen. Zoals zijn laatste jaren wat gezondheid betreft een lijdensweg waren. Hij overleed 9 januari in zijn woning in Huizen, 62 jaar jong.
Vorig jaar leek het opeens wat beter met hem te gaan. Hij belde me een paar maanden geleden opgewekt op – Harry was altijd opgewekt, of hij nu op weg was naar het ene ziekenhuis of naar het andere – dat hij zich weer goed voelde en zin had om weer toernooien te spelen. Of ik hem maar opnieuw wilde aanmelden als lid van de bond.
Harry was een mahjongspeler van de oude stempel. Het spel was voor hem in de eerste plaats een bezigheid die je in familieverband beoefent. ‘Een Kal speelt altijd’, aldus kondigde in februari 2006 Mahjong Magazine, het toen nog bestaande officieel orgaan van de mahjongbond, op de voorpagina een verhaal aan over de mahjongende familie Kal. En ‘dr. Mahjong’, Jelte Rep, schreef op zijn website ‘Mahjong in Holland Museum’ een verhaal over de familie, onder de titel ‘Als er mahjongstenen zijn en een trofee, dan spelen de Kallen’.
De grondlegster, zo bleek uit het verhaal, was oma Lenie Kal. Haar man had rond 1965 een mahjongspel gekregen van kennissen, die het niet meer gebruikten. De familie Kal raakte verslingerd aan de prachtige Chinese blokjes. Ze speelden het naar eigen inzicht, want ze hadden geen idee van de spelregels; dat kwam pas later. Lenie leerde de Kal-regels aan haar kinderen, schoonkinderen en kleinkinderen.
Harry vertelde Jelte bij die gelegenheid: “We wisten niet eens wat de stenen waard waren. Vader zei altijd: Ach die tekens, tekens zijn niks waard. Blijkbaar hadden ze hem dat zo geleerd. Dus niemand van ons spaarde tekens. De tekens gooiden we er altijd als eerste uit. Tellen deden we al helemaal niet. Het enige dat gold was mahjong maken. Dan had je dat rondje gewonnen.” In het verhaal haalde oma Lenie herinneringen op aan een familietoernooi met liefst 23 meespelende familieleden.
Harry was nieuwsgierig genoeg om ook de nieuwe varianten te omarmen. Hij werd lid van de Groene Draak in Hilversum, waar de Nederlandse Toernooi Spelregels (NTS) van kracht waren en confronteerde de familie voortdurend met nieuwe regels. Vooral dat je pas met twee verdubbelingen mahjong mocht maken, viel de familie zwaar; aan verdubbelingen had ze nooit gedaan. Maar Harry beperkte zich niet tot NTS. Hij werd een bekend gezicht op mahjongtoernooien in allerlei varianten. Hij speelde vanaf 1999 mee in het Gouden Draak Toernooi (Hongkongmahjong) en deed mee aan het eerste Europees kampioenschap waar de nieuwe Mahjong Competitie Regels (MCR) werden gespeeld, juni 2005 in Nijmegen (Harry eindigde op de tachtigste plaats). Riichimahjong speelde hij al toen in 2011 in het naburige Bussum 'Furiten' werd opgericht en hij zich daar als lid meldde.
![]() |
We werden samen geïnterviewd door dagblad de Gooi- en Eemlander toen wij, ‘twee inwoners van het Gooi’, ons hadden gekwalificeerd voor het eerste wereldkampioenschap riichi 2014 in Parijs. Helaas eindigde dat historische toernooi voor ons niet zo geweldig; ik werd 110e, Harry 115e; maar de krant kwam daar nooit op terug.
Harry was een gezellige speler, die af en toe flink kon uitweiden over zijn belevenissen. Over zijn werk, maar ook over zijn wedervaren naar aanleiding van diverse kwalen waaraan hij leed. Altijd met humor, waarbij hij soms in lachbuien uitbarstte die het ergste deden vrezen. Ik herinner me een gezamenlijke reis naar de Duitse ‘mahjonghoofdstad’ Edewecht. Onderweg moesten we een paar keer stoppen: Harry rookte toen nog, en had af en toe behoefte aan een nieuwe peuk.
Zijn zus Wil Meijer-Kal, die me deze week het trieste nieuws van zijn overlijden via Whatsapp vertelde: “Het leek weer even de goede kant op te gaan met hem. Maar de afgelopen twee maanden waren extreem zwaar voor Har… op alle vlakken. Hij mag nu alles achter zich laten. Eindelijk mag hij ademhalen, hoe gek dat ook klinkt.”